Eerlijke handel: De wereld in zonnebloem en weegschaal

Banner Impact Fair Wereldwinkels

Op de impactfair nodigde Wereldwinkels samen met LSBNN (landelijk beraad stedenverbanden Nederland – Nicaragua) Manuel uit. Zijn kunstzinnige manier van werken aan maatschappelijke ontwikkeling verbinden verbond hij aan onze boodschap van eerlijke handel.
Babah Tarawally geeft dit bijna poëtisch weer.

Ze zeggen dat de kortste weg naar jezelf kronkelt door vreemde landen. Die wijsheid draag ik al lang bij me, niet alleen als reiziger in beweging, maar als zoeker naar ziel in de mensen die ik ontmoet. Want wanneer mensen elkaar ontmoeten en elkaar echt zien, lichten ze op als kaarsen die elkaars vlam durven versterken.

Die gloed vond ik terug op de Impact Fair 2025 in Utrecht, waar ik Manuel mocht ontmoeten. Een muurschilder, van ver gekomen. Nicaragua. “Een interview,” zeiden ze. Maar wat zich ontvouwde was iets wat op een echte ontmoeting leek.

Toen ik aankwam, was hij al aan het werk. Zijn handen gingen over het doek. Hij wist niet dat ik de journalist was. Hij keek gewoon op, zijn ogen als stilstaand water, en gaf me een kwast.

“Kom,” zei hij. “Help me kleur brengen.”

En zo knielde ik naast hem. Geen titels. Geen verwachtingen. Alleen twee vreemden, verbonden door pigment en stilte. Ik doopte mijn penseel in zijn wereld en vroeg naar de ziel die hij in zijn werk legde. Hij antwoordde zonder nadenken, zijn woorden vloeiden als een rustige rivier. Eerlijk en puur.  I love what I do.

Pas toen John van Balen, de zilvergrijze wereldwinkelvoorzitter, met drankjes kwam, werd de formele aard van onze ontmoeting zichtbaar. “Dit,” zei hij, terwijl hij me een beker aanreikte, “is je interviewer.”

We lachten. “Maar we zijn al begonnen,” zei ik.

We zochten een rustige plek. Toen voegde zich een derde bij ons: Ronald van der Hijden. Zijn gezicht droeg de herkenning van iemand die deze schilder al eerder had gezien, lang voor de Utrechtse beurs. Hij vertegenwoordigde de koepel van stedenbanden tussen Nederland en Nicaragua. Een zachte activist, iemand die geloofde dat deze grijze Nederlandse muren snakken naar kleur. Niet alleen pigment, maar het verhaal erachter. De ziel.

“Mensen houden van kleur,” zei hij. “Ze blijven staan. Ze glimlachen.”

Maar een vraag dwarrelde in mij op: als kleur vreugde brengt, waarom staan gemeenten dan zo vaak in de weg van te veel kleur, te veel expressie in de openbaarruimte? Het is alsof dit land, bang is om op te vallen. Zelfs de huizen lijken geschilderd te zijn in uniformiteit. Geen huis moet opvallen.

Misschien is dat de Nederlandse manier: niet overdrijven. Niet verklaren. Maar ik vraag me zachtjes af… is het niet tijd om de muren weer te laten spreken in kleur? Om ons te herinneren dat expressie geen bedreiging is, maar een viering?

We zaten naast elkaar. Geen interviewer tegenover elkaar, maar als reizigers in de schaduw. De schilder sprak. Niet om te imponeren, maar om te delen. Zijn woorden droegen de cadans van iemand die genoeg heeft gezien om traag te spreken. Zijn handen bewogen terwijl hij sprak, alsof hij nog steeds schilderde op een onzichtbaar doek tussen ons in.

“Ik schilder om te verbinden,” zei hij. “Om bruggen te bouwen over wat ons scheidt.”

Hij sprak over opgroeien met weinig, maar altijd met kleur. Niet de kleur uit tubes, maar die van binnen: verbeelding, verhalen, betekenis.

We spraken over kinderen, hun ongefilterde eerlijkheid, hun wilde verbeelding. Wat had hij van hen geleerd?

Hij zweeg even. “In Nederland,” zei hij zacht. “Zoetermeer. In 2015 gaf ik daar een workshop. Een meisje van acht, vol licht. Ze maakte een schilderij met mij. In 2022 kwam ik terug. Ze vond me. Ze rende naar me toe. En ze had het schilderij nog.”

Hij glimlachte toen. Niet uit trots. Maar omdat iets had standgehouden.

“Dat is verbinding,” zei hij. “In de klas geef je les. Morgen is het vergeten. Maar schilderen… schilderen blijft. Aan de muur. In het hart. In het geheugen.”

Heel nauwkeurig worden de kleuren op het doek aangebracht.

Toen vertelde hij me over zijn methode: duurzame verf, materialen die zorg dragen, voor lichaam én aarde. “Als je voor je huis zorgt,” zei hij, “ga je ook voor de wereld zorgen. Je geeft water aan de plant bij je raam, en van daaruit… zie je de wereld anders.”

Zijn kunst ademt natuur. Haar ritmes. Haar geduld. Haar verzet. Hij schildert niet voor schoonheid alleen, maar om te onderwijzen. Om bewustzijn te wekken. Vooral, zei hij, in een land als Nicaragua, waar velen vroeger niet konden lezen of schrijven.

“Maar ze kunnen zien,” zei hij. “Ze kunnen voelen. Een muurschildering vertelt een verhaal dat een boek niet kan. Het wordt deel van de gemeenschap. Het leert. Het heelt.”

Ik vroeg hem naar het werk dat we samen maakten, nog nat van de zon.

“Ja,” zei hij. “Het gaat over harmonie. Over samenleven. Met elkaar. Met de bomen. Met wat we vergeten zijn.”

En in dat moment, met kleur onder onze nagels en stilte tussen onze zinnen, begreep ik: deze schilder maakte geen kunst. Hij plantte zaadjes. Van herinnering. Van verbondenheid. Van hoop.

Maar hoe overleeft hoop in deze tijd? Met isolerende winden uit Washington en verrechtsing als opkomend tij in Europa?

Hij knipperde niet. Politiek boezemde hem geen angst in. Hij keek me aan met rustige ogen en zei:

“De wereld kan leven met weinig. Wij in het Zuiden, we weten hoe te overleven met minder. Armoede is ons al bekend. Als het systeem crasht, zal het ons niet breken. Wij maken leven van schaarste.”

Geen verzet. Eerder een spiegel. Voor het Westen.

“Voor het Westen wordt het nieuw,” zei hij. “Een tijd van leren leven met weinig. En misschien… begint daar een nieuwe verbinding.”

En opnieuw, begreep ik: deze schilder schilderde niet. Hij zaaide. Hoop, waar de wereld barst.

John van Balen, van de Wereldwinkels, had nog iets toe te voegen aan dit verhaal. Voor hem draait alles om Fair Trade. Om een eerlijke wereld, waarin beide werelden elkaar als gelijkwaardige partners ontmoeten. Het schilderij zal tentoongesteld worden op Landgoed Zonheuvel. Niet zomaar als kunstwerk, maar als een baken. Stil, krachtig. Voor eerlijke handel en wereldwijde solidariteit.

Want zoals velen zeiden: de Wereldwinkels belichamen deze idealen. Al meer dan vijftig jaar. Vrijwilligers die hun tijd geven, hun hart, hun handen, om zaadjes van welvaart te zaaien, daar waar anders weinig groeit.

In het ritme van kleine handen die grote dromen schilderen, roert zich iets ouds en hoopvol. Niet ver van het comfort van het Westen, dopen kinderen in Nederlandse basisscholen hun kwast in kleur, en ongemerkt ook in herinnering. In empathie. In waarheid. Ze schilderen geen muren. Ze luisteren met hun handen.

Dit is geen gewoon kunstproject. Dit is een stille revolutie. Een coalitie van hart en intentie, gedragen door Wereldwinkel en LBSNN, de koepelorganisatie van gemeenten die samenwerken met een stad in Nicaragua Solidariteit is hier geen slogan. Ze loopt op blote voeten tussen twee continenten. Ze ademt.

Ronald van der Hijden spreekt niet als coördinator, maar als hoeder van een visioen. Een vuur dat niet brandt, maar verwarmt. Fair Trade is voor hem geen economie, maar een moreel kompas. Een verhaal dat leeft in de penseelstreken van een Nicaraguaan die ver reisde om zijn ziel op Nederlandse muren achter te laten.

Dit project is deel van wat LBSNN noemt: het drieluik van mondiale burgerschap. Geen onderwijs dat zegt wat te denken, maar uitnodigt om te voelen. Om rechtvaardigheid te wegen. Ongelijkheid te zien. En de schoonheid van gedeelde menselijkheid.

Stukje bij beetje groeit het schilderij.

Sinds 1995 steken Nicaraguanen de oceaan over. Niet alleen met verf en penselen. Maar met verhalen. Met strijd. En vreugde. Samen met Nederlandse kinderen maken ze muurschilderingen die geen decoratie zijn, maar declaraties.

Je voelt het in het symbool: zonnebloemen uit handen. Weegschalen vol cacao en koffie. Kinderen met wereldbollen in hun armen, niet uit angst, maar uit verwondering. Hier wordt kunst een taal van rechtvaardigheid. De muur een spiegel van een andere wereld.

Zeventien Duurzame Ontwikkelingsdoelen. Tien principes van Fair Trade. Samengebracht in één geschilderde boodschap:

Genoeg is genoeg.

Niet als overgave. Maar als besluit. Als uitnodiging tot samenwerking. Tot overvloed in eenvoud.

Zoals het gezegde gaat: “Wat ik hoor, weet ik. Wat ik vertel, onthoud ik. Wat ik doe, begrijp ik.”

Daar ligt de kern van dit project. Want wat is kennis, als het niet wordt geleefd? Wat is eerlijkheid, als het niet wordt gevoeld? En wat is onderwijs, als het niet de ziel raakt?

Samen, met penseel en hart, bouwen deze kinderen en kunstenaars aan een wereld die er nog niet is.

Maar wel zou kunnen zijn.

En misschien, moet zijn.

Wereldwinkel geschenkpakketten

Bijzondere relatiegeschenken

De huidige tijd vraagt om scherpe profilering van het verhaal van eerlijke handel en de zin van ontwikkelingssamenwerking, gebaseerd op de wereldwijde fairtrade principes.

Zoek de vrolijke kleurrijke beleving van verbinding met elkaar in één wereld. Duizenden wereldwinkelvrijwilligers helpen klanten kiezen voor een cadeau, een bijzondere dimensie, die ook na het moment van schenken doorklinkt. Bezoek dan één van onze ruim 170 Wereldwinkels. Bijvoorbeeld om het kerstpakket van jouw organisatie te regelen.